Monitoringresultaten

Aalscholvers, vis en visserij in het IJsselmeergebied
Over aalscholvers bestaan nogal uiteenlopende gevoelens. Welke reputatie verdient de soort op basis van monitoring? Het RIZA deed onderzoek naar aantallen en voedselkeuze van aalscholvers.

Aalscholvers vestigden zich in 1978 in de Oostvaardersplassen. Het aantal broedparen nam daarna snel toe. Na een plotselinge afname in 1994 is recentelijk een natuurlijke stabilisatie van het aantal opgetreden (zie figuur). RIZA heeft mede naar aanleiding van klachten uit de beroepsvisserij onderzocht in hoeverre de Aalscholver een concurrent is voor de visserij. Of is de soort slechts een volgzame consument en een graadmeter voor de toestand van het watersysteem.

Visplaats en voedsel
Aalscholvers zijn voor het vinden van voedsel erg afhankelijk van de helderheid van het water. Ze vissen bij voorkeur in water met intermediair doorzicht. In zeer troebel water is vis slechter bereikbaar en in zeer helder water kunnen vissen waarschijnlijk makkelijker vluchten omdat ze de aalscholvers aan zien komen.
In het troebele water van het Markermeer werd in de onderzoeksperiode (1997-2001) met name Pos geconsumeerd. Dit is vergelijkbaar met het menu van de aalscholvers in het troebele Veluwemeer van eind jaren tachtig/ begin jaren negentig. Toen het Veluwemeer in de jaren negentig door kunstmatige ingrepen helder werd, nam de totale hoeveelheid vis af en veranderde de vissamenstelling. Pos nam af en soorten als Rietvoorn en Zeelt, die van meer helder water houden, namen juist in aantal toe. Door de toename van de helderheid van het water werd het voor aalscholvers echter minder aantrekkelijk om te vissen, zodat het aantal vogels daar afnam. Het aandeel Pos in het menu was sterk afgenomen en het aandeel karperachtigen werd hoger en gevarieerder. Het menu van aalscholvers wordt dus bepaald door de gradaties in helderheid en vissamenstelling van die wateren (zie figuur).

Aalscholverkolonie


Aantal nesten van aalscholvers in de vier broedkolonies van het IJsselmeergebied in de periode 1970-2000. Na een plotselinge afname in 1994 is recentelijk een natuurlijke stabilisatie van het aantal opgetreden

Concurrent?
Voor wat betreft Baars is de Aalscholver maar zeer ten dele een concurrent van de beroepsvisserij. De vogels vangen alleen ondermaatse baarzen. Voor de visserij op Snoekbaars is het onwaarschijnlijk dat de Aalscholver een concurrent is omdat deze soort nauwelijks in het menu van aalscholvers voorkomen. Wat Aal betreft is de wereldwijde afname van het Aalbestand er de oorzaak van dat de soort nauwelijks meer in het menu van de Aalscholver en in de vangsten van de vissers voorkomt. Doordat de natuurlijke mortaliteit van de vissen nooit direct gemeten is, kan het effect van het eten van ondermaatse vis door aalscholvers niet direct worden vergeleken met de oogst door de vissers enkele jaren later. Andersom is de overbevissing door beroepsvissers in het IJsselmeer en Markermeer er de oorzaak van dat er een relatief grote hoeveelheid eetbare (lees kleine) vis in het systeem aanwezig is omdat roofvis (grote exemplaren van Baars en Snoekbaars) massaal wordt weggevangen. De talrijke kleine vissen die overblijven eten grote hoeveelheden zoöplankton weg. Minder zooplankton betekent minder algenconsumptie, zodat het doorzicht afneemt. Hiermee speelt de mens de Aalscholver onbedoeld in de kaart. De hoge aantallen aalscholvers zijn dan ook mede op te vatten als een gevolg van de overbevissing van de meren door de mens. De Aalscholver is daarbij niet zozeer concurrent van de visserij maar eerder een signaal dat de commerciële visserij niet duurzaam is.


Menu van aalscholvers in najaar en winter (op gewichtsbasis), die rusten in respectievelijk de Lepelaarplassen (Markermeer, 1.809), Steile Bank (IJsselmeer, 3.530), Veluwemeer (4.932) in de jaren 1997-2001 en Veluwemeer in de jaren 1989-1992.

Aalscholvers, vis en visserij in het IJsselmeergebied


Graadmeter?
Het meten van aantallen en voedselkeuze van aalscholvers geeft goede indicaties voor de veranderde waterkwaliteit en de toestand van het watersysteem. Hoe minder aalscholvers en hoe gevarieerder het menu (minder Pos) hoe gezonder en helderder het watersysteem. Dit geeft de waterbeheerder de mogelijkheid om de Aalscholver als graadmeter voor de waterkwaliteit te gebruiken.

Nadere informatie:
Stef van Rijn (RIZA)
Mennobart van Eerden (RIZA)