(Bron:
Sportvisserij Zuidwest Nederland) Er verschijnen de laatste dagen veel artikelen
in de media over het functioneren van het ecosysteem in de Oosterschelde.
Sportvissers en hengelsportverenigingen constateren al jaren een negatieve
ontwikkeling en een flinke daling van de vangsten in de Oosterschelde. Uit
onderzoek van
Stichting Rugvin naar de doodsoorzaak van
bruinvissen in de Oosterschelde blijkt dat verhongering, vermagering en
infecties de belangrijkste doodsoorzaken zijn. De verhongering zou komen door
het tekort aan wijting, dikkoppen en kabeljauw in de Oosterschelde. Ook de
aanwezigheid van onder meer de Japanse oester zorgt ervoor dat vislarven
moeilijk kunnen overleven.
Afname visstand en sportvisserij
Sportvissers constateren al jaren een flinke afname van de visstand in de Oosterschelde. Sinds de jaren negentig zien wij al een daling in de vangsten vanaf zowel kant als boot. Echter, met name de laatste vijf jaar zijn de vangsten en daarmee zeer waarschijnlijk ook de visstand dramatisch ingestort. Waar in de jaren ’80 en ’90 nog bijna 100 commerciële charterboten (waar sportvissers vanaf kunnen vissen) dagelijks uit de verschillende havens voeren, zie je tegenwoordig op een goede dag nog maximaal twee handjes vol van deze boten op de Oosterschelde.
Voorheen zat op
elke dijk wel iemand te vissen en werden er jaarlijks vele honderden
viswedstrijden georganiseerd waarvoor het animo zeer groot was. De laatste jaren
komen sportvissers nog maar nauwelijks naar de Oosterschelde, neemt het aantal
wedstrijden af en doen er steeds minder mensen aan wedstrijden mee. Tientallen
hengelsportverenigingen zitten door de slechte vangsten in slecht weer en de
jeugd komt al helemaal niet meer naar de waterkant.
Om de huidige toestand in cijfers uit te drukken: een deelnemer vangt tijdens
een wedstrijd ten oosten van de Zeelandbrug gemiddeld 0,5 vis per wedstrijd van
3 à 4 uur. Minimaal de helft van de sportvissers vangt dan dus helemaal niets
meer.
Mogelijke oorzaken
De laatste jaren wordt er door veel partijen nagedacht over de oorzaken van de achteruitgang in de Oosterschelde. In willekeurige volgorde komen de wetenschappers tot drie belangrijke pijlers:
1) het voedselarmer worden van alle West-Europese wateren;
2) de overbegrazing van schepdieren (waaronder Japanse oesters, maar zeker ook andere soorten);
3) veranderde morfologische omstandigheden, (afname van platen en ondieptes (zandhonger) afname getij en stroming, etc.
Politiek
Momenteel maakt
de PvdA-statenfractie zich ernstige zorgen over het functioneren van het
ecosysteem in de Oosterschelde. De PvdA wil van het dagelijkse provinciebestuur
weten wie er verantwoordelijk is voor dit probleem en of er maatregelen moeten
worden genomen. Volgens de statenfractie hebben ook mosselvissers last van de
voedselarmoede in de Oosterschelde.
Sportvisserij Zuidwest Nederland steunt de PvdA in hun oproep om meer
duidelijkheid te krijgen over de oorzaken én mogelijke oplossingen voor dit
probleem. Zelf is Sportvisserij Zuidwest Nederland bezig met o.a. Stichting ARK,
Rijkswaterstaat en Provincie Zeeland om samen met enkele wetenschappers de
problematiek van de Oosterschelde in begrijpbare taal op papier te krijgen.