Reactie PvdA op e-mailactie

Geachte heer ,

Vriendelijk dank voor uw bericht. Ik begrijp uw ongerustheid en wil dan ook
graag met klem benadrukken dat de Partij van de Arbeid geenszins van plan is
om uw hobby onmogelijk te maken, noch om de beroepsvisserij flink te
intensiveren.

Alleen in wateren waar voldoende bestand aanwezig is zouden naast
sportvissers ook beroepsvissers kunnen worden toegelaten, om een beperkte
hoeveelheid daarvan te kunnen opvissen. Maar voor het zover is, moeten de
gebieden waarop dat eventueel van toepassing is, wat de PvdA betreft zeer
streng worden beoordeeld.

Wanneer intensivering van de visserij in een bepaald gebied bedreigend is
voor de visstand, wordt daar als het aan de PvdA ligt géén beroepsvisserij
toegestaan. Ik stuur u hierbij ook onze verklaring, zoals deze op de
website te zien is: www.pvda.nl

Met vriendelijke groet,

Willem Herrebrugh
Tweede Kamerlid voor de Partij van de Arbeid, woordvoerder visserij


Verklaring te vinden op www.pvda.nl


Vissen op schubvis alleen onder voorwaarden

De PvdA steunt het voornemen om het voor sportvissers en beroepvissers onder voorwaarden mogelijk te maken op schubvis te vissen. Voor PvdA-kamerlid Willem Herrebrugh is de belangrijkste voorwaarde het aanwezig zijn van voldoende vis in een viswater om zowel de sportvissers als de beroepsvissers aan hun trekken te laten komen.

Het is volgens het kamerlid van het grootste belang dat er zo spoedig mogelijk een inventarisatie van de visbestanden uitgevoerd wordt. Herrebrugh: ,,Alleen als er voldoende bestand aanwezig is zouden ook beroepsvissers op dat viswater kunnen worden toegelaten om een beperkte hoeveelheid daarvan te kunnen opvissen.'' De hoeveelheid vis die zij kunnen vangen wordt bepaald door zogenaamde Visstandbeheerscommissies (VCB's). In deze VCB's hebben alle belanghebbenden bij een viswater zitting, ook de sportvisserijorganisaties. Slechts een door deze commissie goedgekeurd visplan geeft de beroepsvisserij de mogelijkheid de gestelde hoeveelheid schubvis voor economische redenen op te vissen. In dit visplan moet nadrukkelijk de aanwas van jonge vis - door het meebeoordelen van de voortplantingsmogelijkheden van de vissoorten - in aanmerking worden genomen.
,,Een dergelijke zorgvuldige beoordeling waar alle belanghebbenden bij betrokken zijn geeft beroepsvissers de mogelijkheid om een normale boterham met hun beroep te verdienen en recht doen aan de verlangens van de sportvissers om hun gewaardeerde liefhebberij te kunnen blijven uitoefenen,'' aldus het kamerlid.